Een tijdje terug werd ik opgebeld.
De dame aan de lijn had een vriendin in de buurt van Nijmegen. Die vriendin was zeer tevreden met tuingenoot John. Nu wilde zij zelf ook graag een tuingenoot inhuren.
Helaas moest ik haar teleur stellen. Want er zijn geen tuingenoten in de buurt van haar woonplaats. Sterker nog, er is nog steeds maar één tuingenoot: John van Heijnsbergen, in de regio Nijmegen.
Dan komen ze met allerlei adviezen. Kun je niet zus … zou je niet zo … Allemaal heel aardig en goedbedoeld.
Toch sla ik die adviezen in de wind.
Als iemand tuingenoot wordt, dan moet hij of zij dat doen uit volle overtuiging. Niet omdat ik hem of haar met marketingtrucs en mooie verhalen heb overgehaald.
Zo iemand moet dol zijn op tuinieren en dromen van een eigen bedrijf. Maar hij of zij moet ook overtuigd zijn van de toegevoegde waarde van Tuingenoot.
Men moet Tuingenoot niet verwarren met allerlei disruptieve startups.
Ik wil het ook niet zo makkelijk maken dat iedereen denkt: ik probeer het gewoon een tijdje, baat het niet schaadt het niet.
Liever heb ik dat een toekomstige tuingenoot denkt: het kost durf, het kost tijd, het kost geld, maar dat heb ik er graag voor over. Iets dat waardevol is mag ook best wat kosten.
Oorspronkelijk koste het veel meer geld om tuingenoot te worden. Toen heb ik me de kritieken wel aangetrokken en het een stuk goedkoper gemaakt. Te goedkoop misschien? Ik wil heel graag mensen helpen om hun droom te verwezenlijken maar ik ben geen liefdadigheidsinstelling.
Nee, ik zal gewoon rustig afwachten tot de volgende tuingenoot zich aandient. En ondertussen in de vrije uurtjes fijn tuinieren. Want het nieuwe tuinseizoen staat voor de deur. En wat is er nou leuker dan tuinieren?